ASO 3 Fysica
Inclusief:
- Cursus ASO 3 Fysica
- Voorbeeldvragen & antwoorden van de examens
- Online ondersteuning Bij alle vragen
- Inclusief 3x premium sessies Online Examens Afleggen. Alleen bij Examenleerstof
- Toekomstige cursusupdates & “Vragen en Antwoorden” updates tot het behalen van uw A2 diploma
Inhoudstafel
- het verband leggen tussen elektrische spanning, verandering van elektrische potentiële energie en elektrische lading (F1- partim, F17).
- voor een geleider in een gelijkstroomkring het verband tussen spanning, stroomsterkte en weerstand toepassen Aangeven met welk meetinstrument spanning en
- stroomsterkte gemeten kunnen worden (F1- partim, F4-partim, F5- partim, F18).
- de energieomzettingen in elektrische schakelingen met voorbeelden illustreren en het vermogen berekenen. (F1-partim, F4, F19)
- met voorbeelden illustreren dat ladingen in beweging aanleiding geven tot magnetische krachten. (F20).
- met behulp van de magnetische kracht de werking van een motor beschrijven. (F21).
- met behulp van elektromagnetische inductie de werking van de generator beschrijven. (F1-partim, F22).
- met behulp van inductie de werking van de elektromagnetische generator beschrijven. (F1-partim, F22).
- de effecten van de interactie tussen elektromagnetische straling en materie beschrijven aan de hand van verschijnselen zoals het foto-elektrisch effect en elektromagnetische spectra. (F11)
- de oorsprong en enkele toepassingen
van natuurlijke en
kunstmatig opgewekte ioniserende straling beschrijven.
a, b-, g straling van elkaar onderscheiden op basis van hun eigenschappen (aard, lading, energie); het vervalproces waarbij ze uit een radionuclide worden gevormd beschrijven en dit proces karakteriseren met behulp van de halveringstijd.
Aangeven met welk meetinstrument stralingsactiviteit gemeten kan worden. (C5-partim, F1-partim, F2, F5-partim, F12, F13). - de invloed van de resulterende kracht en
- de invloed van de resulterende kracht en van de massa op de verandering van de bewegingstoestand van een voorwerp kwalitatief en kwantitatief beschrijven. ( F9).
- de beweging van een voorwerp beschrijven in termen van positie, snelheid en versnelling bij eenparig cirkelvormige beweging (F1-partim, F8-partim).
- De oorzaak en eigenschappen van een harmonische trilling omschrijven en in concrete voorbeelden illustreren (F1-partim, F14).
- met behulp van het golfmodel interferentie, terugkaatsing en breking van licht of geluid beschrijven. (F15).
- de energieoverdracht door mechanische en elektromagnetische golven aan de hand van verschillende verschijnselen, waaronder resonantie, illustreren. (F3, F16).
- structuren classificeren en beschrijven op basis van samenstelling, eigenschappen en functies.Fundamentele wisselwerkingen verbinden met hun rol voor de structurering van de materie en met energieomzettingen. (SET1 – SET 12)
- structuren met behulp van een model of schema voorstellen en hiermee eigenschappen verklaren.Structuren op grond van observeerbare of experimentele gegevens identificeren en classificerenProcessen waarbij energie wordt getransformeerd of getransporteerd beschrijven en erkennen
- Vorming, stabiliteit en transformatie van structuren beschrijven, verklaren.Berekeningen uitvoeren bij energie- en materieomzettingen(SET 2 – SET5 –SET 6 – SET7 – SET8 )
- 18 structuren classificeren en beschrijven op basis van samenstelling, eigenschappen en functies.structuren met behulp van een model of schema voorstellen en hiermee eigenschappen verklaren.relaties leggen tussen structuren.
processen waarbij energie wordt getransformeerd of getransporteerd beschrijven / herkennen in voorbeelden
- vorming, stabiliteit en transformatie van structuren beschrijven, verklaren, voorspellen en met eenvoudige hulpmiddelen experimenteel onderzoeken.berekeningen uitvoeren bij energie- en materieomzettingen.de relatie tussen natuurwetenschappelijke ontwikkelingen en technische toepassingen illustreren.
effecten van natuurwetenschap op de samenleving illustreren, en omgekeerd.
(SET1 – SET2 – SET 3 – SET 6 – SET 7 – SET 8 –
SET 27 – SET 28). - fundamentele wisselwerkingen verbinden met hun rol voor de structurering van de materie en met energieomzettingende levensduur van structuren en systemen en de snelheid van processen vergelijken en de factoren die hierop een invloed uitoefenen verklaren en in eenvoudige gevallen onderzoeken.methoden beschrijven om structuren relatief en absoluut te dateren.
(SET12 – SET18 – SET21)
- 20 structuren met behulp
van een model of schema voorstellen en hiermee eigenschappen verklaren.beweging en verandering in bewegingstoestand kwalitatief beschrijven, in eenvoudige gevallen experimenteel onderzoeken en berekenen.(SET2 –SET10) - 21 beweging en verandering
in bewegingstoestand kwalitatief beschrijven, in eenvoudige gevallen experimenteel onderzoeken en berekenen.relaties leggen tussen structuren.(SET3 – SET10) - 22 structuren met behulp
van een model of schema voorstellen en hiermee eigenschappen verklaren.vorming, stabiliteit en transformatie van structuren beschrijven, verklaren, voorspellen.fundamentele wisselwerkingen verbinden met hun rol voor de structurering van de materie en met energieomzettingen.(SET2- SET7 – SET12)
- 23 vorming, stabiliteit en
transformatie van structuren beschrijven, verklaren, voorspellen.(SET7) - 24 de evolutie van een open
systeem kwalitatief beschrijven.voorbeelden geven van cyclische processen en deze cycli op een tijdschaal plaatsen.uitleggen hoe cyclische processen worden aangewend om de tijdsduur te bepalen.(SET16 – SET17 – SET20
- 25 processen waarbij
energie wordt getransformeerd of getransporteerd beschrijveneffecten van de interactie tussen materie en elektromagnetische straling beschrijven en in voorbeelden herkennen. met voorbeelden illustreren dat de evolutie van de natuurwetenschappen gekenmerkt wordt door perioden van cumulatieve groei en van - 26 Relaties leggen tussen
structuren. (SET10)
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.